vrijdag 3 december 2010

Bij de dierenarts

Na een korte rit in de auto moest ik er alweer uit. We gingen een deur door. Ik was hier al eens eerder geweest. De ruimte en de vogel kwamen me bekend voor. Ik moest zitten van mijn baas. Toen ik mijn naam hoorde liet ik weten dat ìk dat was: "Woef."
Eenmaal binnen blafte ik tegen de vreemde man, maar merkte dat hij wel ok was. Mijn baas boog over me heen en hield me stevig vast terwijl die man een puntig ding onder mijn staart stak. Dat ging mooi niet gebeuren. Ik gilde en worstelde me los. Dat hielp direct. Een tweede poging bleef uit. Ik kreeg een koekje van de vreemde man. Dat ging er wel in. Mijn baasje probeerde me ook te paaien. Daar trapte ik mooi niet in. Zometeen begint alles weer opnieuw, dacht ik.
Ik zag dat mijn baas iets kreeg toegestopt van de vreemde man. Iets voor mij?
Thuis gekomen kreeg ik een heerlijk stukje kaas.