dinsdag 18 januari 2011

Oogdruppels met een knipoog

Het was al donker toen ik met mijn baas in de auto ging. Nu nog naar het bos? Nee dus. ik moest al snel weer uit de auto. We gingen door een deur en ik wist het al. Ik kreeg visioenen van witte jassen. Terwijl ik van mijn baas op zo'n plaat moest, werd mijn naam gezegd. De witte jas. Hij hielp mijn baas om mij te laten zitten op die plaat. Omdat ze zo aandrongen ben ik maar even gaan zitten. 'Zo goed.' Ze keken op een metertje en zeiden 27. Zegt mij niets. De plaat was een grote uitvoering van een die mijn baasjes ook hebben en waar ik opgetild wordt. Dat vind ik ook niks.
Vervolgens moest ik de ruimte in waar ik niet zo goede ervaringen opgedaan heb. Ik wilde weg, maar mijn baasje deed de deur dicht. Ik ging tegen de deur staan.
Bij het woord koekje kwam ik in beweging. Ik kreeg een koekje en de man in de witte jas voelde aan mijn oog.
Aha, dus elke keer als ik iets voel moet ik naar een witte jas. Onthouden. Ik heb waarschijnlijk te opvallend mijn rechteroog dicht en open gedaan, want daar had ik een beetje last van.
Ik vond het wel genoeg, ik wilde hier weg en trok mijn lip op tegen de witte jas. Hij probeerde me nog te lokken met koekjes en liet me omhoog kijken. Hij hield gepaste afstand. Mijn baas praatte tegen hem en kreeg iets in zijn hand. Dat leek niet op koekjes. Gelukkig gingen we naar huis.
Eenmaal thuis werd ik door mijn baasjes vastgehouden en  kreeg ik iets in mijn oog. Ik knipperde een paar keer.  He, dat voelde wel lekker. Gelukkig ging ik daarna met mijn baas ballen gooien. Even de stress kwijt.