Na opnieuw in de auto mocht ik een heerlijk stukje rennen naast de fiets. Weer kwam ik bij het water en het zand. Super was het hier. Ik wil hier wel wonen. Ik had wel veel dorst en het water was zout. Gelukkig hadden mijn baasjes ook lekker water voor me.
Het leek uit te komen dat ik hier zou blijven, want ik bleef slapen in een kamer met mijn baasjes. Top toch.
Toen het weer licht was ging ik aan de wandel met mijn baasjes door het bos. Hier kon ik stokken zoeken die zij weggooiden. En even later kwam ik op een heuvel met enorm veel zand.
En 's middags heb ik de handdoek van mijn baasjes begraven onder het zand. Toen mijn bazin de handdoek had uitgeklopt en netjes had neergelegd, nam ik bezit van de handdoek.